Images de page
PDF
ePub

qu'ils jugeront propres à apaiser la sédition. Quiconque s'y opposera ou persistera malgré cela dans l'attroupement ou dans la révolte, sera puni de mort.

87. Les officiers qui prennent ou qui ont pris part à quelqu'attroupement, seront toujours punis de mort.

88. Tout militaire qui a connaissance de quelqu'émeute, conspiration, ou complot projeté ou existant, est obligé d'en donner connaissance à qui il appartient, à defaut de quoi il sera puni, selon le degré de la négligence et la nature des circonstances. Le simple silence toutefois au sujet d'une émeute, d'une conjuration, ou d'un complot ne pourra jamais, ni en aucun cas, être puni de mort, mais devra toujours l'être d'une peine moindre que celle à laquelle sont condamnés les auteurs ou les complices de l'émeute, de la conjuration ou du complot.

89. Si un complice de quelqu'émeute, conjuration ou complot le révèle avant qu'il ait été découvert de quelqu'autre manière, il ne lui sera infligé qu'une peine légère, suivant les cir constances; il pourra même, s'il y a des raisons pour cela, être entièrement exempté de toute punition, spécialement si un ou plusieurs des autres complices tombent entre les mains de la justice et sont convaincus du crime.

90. Lorsque les soldats d'un corps, d'un détachement ou subdivision de l'armée, dans le voisinage de l'ennemi, abandonneront ensemble, sans en avoir reçu l'ordre, le poste qui leur était confié, les officiers, les sous-officiers, comme aussi tel autre militaire, qui aurait eu le commandement, seront punis par la corde ou par les armes; et les autres seront punis de mort ou d'une peine moins grave, selon les cir

constances.

91. Tout factionnaire en sentinelle dans le voisinage de l'ennemi, ou dans une place assiégée ou investie, qui n'obéit pas à son ordre ou à sa consigne, ou qui quitte son poste avant d'avoir été relevé, sera puni par la corde, par les armes, ou d'une autre manière, suivant les circonstances.

92. Tout factionnaire en sentinelle dans le voisinage de l'ennemi, qui sera trouvé endormi ou ivre à son poste, ou dans une place investie ou assiégée, sera puni par la corde, par les armes ou autrement, suivant les circonstances.

93. Tout commandant d'un poste en présence de l'ennemi, ou dans une place assiégée, qui change l'ordre ou la consigne, sans en donner incessamment connaissance à son commandant, s'il a eu le moyen de le faire, sera, en cas qu'il

weld te gebruiken, als zij tot demping van het oproer dienstig zullen oordeelen. Elk die zich daartegen verzet, of daarna in de zamenrotting of den opstand blijft volharden, zal met den dood gestraft worden.

87. Officieren, die deelgenoten zijn of geweest zijn van eenige zamenrotting, zullen altijd met den dood gestraft worden.

88. Elk militair die van eene voorgenomene of bestaande muiterij, zamenzweering of komplot kennis draagt, is verpligt daarvan behoorlijke bekendmaking te doen, en zal, bij nalatigheid daarvan, naar de grootheid van het verzuim en naar de omstandigheden worden gestraft. De enkele verzwijging van eenige muiterij, zamenzweering of komplot, zal echter nimmer en in geen geval met den dood, en altijd met eenige ligtere straffe worden gestraft dan de daders van of deelgenooten aen die muiterij, zamenzweering of komplot.

89. Indien een medepligtige aan eenige muiterij, zamenzweering of komplot dezelve openbaart voor en aleer die op eenigerhande wijze is ontdekt geworden, zal aan den zoodanigen slegts eene ligte straf worden opgelegd naar mate van de omstandigheden; hij zal zelfs, redenen daartoe dienende, van alle straffen mogen vrijgesteld worden, inzonderheid zoo een of meer der overige medepligtigen in handen van de justitie geraken en van de misdaad overtuigd worden.

90. Wanneer de manschappen van een korps. detachement of eenig minder gedeelte tot de armee behoorende in de nabijheid van den vijand, zonder order de aan hun toevertrouwden post gezamentlijk verlaten, zullen alle de officieren en onder-officieren, als ook zoodanig militair die het kommando mogt gehad hebben, met den strop of met den kogel, en alle de overigen met den dood of met eene mindere straf gestraft worden, naar mate van de omstandigheden.

91 Een schildwagt die, op zijnen post in de nabijheid van den vijand of in eene belegerde of berende plaats, aan zijne ordre of consigne niet voldoet, of van zijnen post afgaat, zonder bevorens afgelost te zijn, zal met den strop, den kogel of naar den aart der omstandigheden gestraft worden.

92. Een schildwagt die op zijnen post in de nabijheid van den vijand of in eene berende of belegerde plaats, slapende of dronken bevonden wordt, zal met den strop, den kogel of met andere straf naar gelang der omstandighe den gestraft worden.

93. Elk kommandant van eenen post voor den vijand, of in eene belegerde plaats, die de ge geven order of consigne veranderd, zonder daarvan dadelijk kennis te geven aan zijnen kommandant, zoo hij daartoe in de mooglijk

ait par-là compromis la sûreté du poste ou de la place, puni de mort.

94. Un militaire, qui, dans une action, ou en présence de l'ennemi, jette ou abandonne làchement ses armes, sera puni de mort.

95. Tout militaire qui, dans une affaire avec l'ennemi, ou dans une place réellement assiégée, ou investie, refuse expressément ou néglige à dessein d'obéir aux ordres de son supérieur, ou de les exécuter, sera puni de mort ; et si le même délit est commis en d'autres occasions, il sera puni, si c'est un officier, par la cassation, et si c'est un sous-officier ou militaire inférieur, par la peine de la brouette.

96. Un officier qui, dansfune affaire avec l'ennemi ou dans une place réellement assiégée ou investie, résiste seulement par paroles aux ordres de son supérieur, sera puni de mort ou de cassation; et, si c'est un sous-officier ou un soldat, il sera puni, dans le même cas, par la peine de la brouette, selon les circonstances.

97. Lorsqu'un détenu aura échappé à la garde, à laquelle sa personne était confiée, tous les militaires, par la faute ou l'inadvertance desquels cela sera arrivé, seront punis, les officiers tout au plus par la cassation, et les sous-officiers et les soldats tout au plus par la peine de la brouette; le tout à proportion de la personne et du délit de celui qui s'est évadé, du temps, du lieu et des autres circonstances.

98. Une sentinelle qui, en temps de paix, ne sera pas trouvée à son poste ou qui y sera trouvée endormie ou ivre, pourra être punie, même de mort, selon les circonstances. Cependant, lorsque l'abandon du poste, ou le sommeil ou l'ivresse de la sentinelle n'aura donné lieu à aucune fâcheuse suite, il ne sera puni que disciplinairement.

99. Tout sous-officier ou soldat, qui offensera ou menacera son supérieur en grade, par des paroles ou des gestes, sera puni de . et d'emprisonnement, et, si les circonstances l'exigent, d'expulsion comme infâme.

100. En cas qu'il se permette des voies de fait ou qu'il tire l'épée contre lui, qu'il le saisisse, le frappe, le blesse ou commette contre lui quelqu'autre acte de violence, il sera puni de mort, à moins qu'il n'y eût des circonstances atténuantes, qui fussent bien prouvées, auquel cas le juge pourra infliger une moindre peine au coupable.

[blocks in formation]

94. Een militair die in een actie tegen den vijand of in de nabijheid van denzelven, zijne wapenen lafhartig nederwerpt of verlaat, zal gestraft worden met den dood.

95. Elk militair, die in eene affaire tegen den vijand, of in eene plaats welke dadelijk belegerd of berend is, uitdrukklijk weigert of opzettelijk nalaat, de orders van den geenen die boven hem gesteld is, te gehoorzamen of na te komen, zal met den dood gestraft worden, en wanneer dezelve misdaad in andere gelegendheden wordt gepleegd, zal dezelve, zoo het een officier is, met cassatie en zoo het een onder-officier of minder militair is, met den kruiwagen gestraft worden.

96. Een officier die in een gevegt met den vijand, of in eene plaats welke dadelijk belegerd of berend is, zich slegts met woorden tegen de orders van zijnen superieur verzet, zal worden gestraft met den dood of met cassatie; en zoo het een onder-officier of soldaat is, zal hij in zoodanig geval met den kruiwagen gestraft worden, naar de omstandigheden

97. Wanneer een gearresteerde is aan de wagt ontkomen aan welke zijne bewaring was toevertrouwd, zullen alle de militairen, door wier schuld of onagtzaamheid zulks is veroorzaakt, gestraft worden, de officieren ten hoogsten met cassatie, de onder-officieren en soldaten ten hoogsten met den kruiwagen; alles naar gelang van den persoon en van de misdaad van den ontkomenen, van den tijd, van de plaats en verdere omstandigheden.

[ocr errors]

98. Een schildwacht die, in tijd van vrede, niet op zijnen post of daarop slapende of beschonken wordt bevonden, zal naar omstandigheden, zelfs met den dood, kunnen worden gestraft. Wanneer echter het verlaten van zijnen post of het slapen of de beschonkenheid op dezelve tot geene schadelijke gevolgen aanleiding heeft gegeven, zal hij aan de krijgstucht worden overgelaten.

99. Elk onder-officier of soldaat die zijnen meerderen in rang, met woorden of gebaarden beledigd of dreigt, zal gestraft worden met slagen en arrest, en zal hij, de omstandigheden zulks medebrengende, als een eerloze schelm worden weggejaagd.

100. Ingeval hij zich tegen denzelven met de daad verzet, het geweer tegen denzelven trekt, denzelven aangrijpt, slaat, kwetst of eenige andere daden van geweld tegen denzelven pleegt, zal hij met den dood gestraft worden; ten ware mitigeerende omstandigheden aanwe zig en beweezen waren; in welk geval den regter den schuldigen eene mindere straf zal mogen opleggen.

101. Un officier, qui se rendra coupable des crimes susmentionnés, sera, dans le premier cas, puni de cassation, et dans le dernier il sera puni de mort.

102. Un militaire qui offensera on menacera, par paroles on par gestes, une sentinelle en faction, sera puni, si c'est un officier qui ait commis le délit, de cassation et de déclaration d'inhabileté; si c'est un sous-officier ou un militaire inférieur, de détention.

103. Mais tout militaire, quel qu'il soit, qui se permettra quelque violence contre une sentinelle à son poste, ou la maltraitera de fait en quelqu'autre manière, soit en temps de paix, ou en temps de guerre, sera puni de mort.

104. Tout sous-officier ou militaire inférieur, qui se servira de la lettre de congé d'un autre ou d'une fausse lettre de congé, ou qui fera mettre dans la sienne un autre nom que le sien, ou qui en aura prolongé le terme, sera puni de détention.

105. Tout commandant qui admettra, avec connaissance de cause dans son corps, un soldat qui appartient à un autre corps, et qui n'est pas pourvu d'un congé, absolu en règle, sera puni de cassation.

106. Tout enrôleur, qui engagera un homme appartenant aux troupes de l'État, sans qu'il soit pourvu d'un congé en règle, sera puni', si c'est un officier, de cassation, et si c'est un militaire inférieur, d'expulsion comme infâme.

TITRE SIXIÈME.

De la désertion.

CHAPITRE PREMIER.

De la désertion à l'ennemi.

107. Tout militaire, ou autre appartenant à l'armée ou à sa suite, qui désertera à l'ennemi, qui passera à l'ennemi sans en avoir reçu l'ordre par écrit de son chef, sera puni par la corde.

108. Celui qui aura tâché de faire l'un ou l'autre, mais qui aura été empêché dans l'exécution de son dessein, sera puni par la corde, par les armes ou condamné à la brouette pour quinze ans, selon les circonstances, pourvu que la tentative ait été avérée par des actions ou des démarches ostensibles.

109. Tout militaire ou autre attaché à l'armée ou à sa suite, qui dépasse, sans ordre ou sans permission par écrit de son supérieur, les bornes

101. Een officier welke zich aan de voorschreve misdaden schuldig maakt, zal in het eerste geval gestraft worden met cassatie, en in het laatste geval met den dood.

102. Een militair die een schildwagt op zijn post met woorden of gebaarden beledigd of dreigt, zal gestraft worden, indien een officier de misdaad pleegt, met cassatie en verklaring van inhabiliteit; zoo het een onder-officier is, met detentie, en zoo het een minder militair is, met dezelfde straf.

103. Doch elk militair, wie hij zij, die een schildwacht op zijn post gewelddadig aanrand, of op eenigerhande wijze dadelijk mishandeld, zal zonder onderscheid of zulks in tijd van oorlog of vrede gebeurd zij, met den dood gestraft worden.

104. Elk onder-officier en minder militair die zich van eens anders verlofpas of van eene valsche verlofpas bediend, of in de verlofpas voor hem zelven geschikt, eenen anderen naam dan zijnen eigenen doet plaatsen, of zijn verlofpas zal hebben verlengt, zal gestraft worden met arrest of detentie.

105. Elk kommandant, die een soldaat van een ander korps, en niet voorzien van een behoorlijk ontslag uit 's lands dienst, voorwetens in zijn korps aanneemt, zal met cassatie gestraft worden.

106. Elk werver, die een persoon, behorende tot de troepen van den Staat aanneemt, zonder dat dezelve van een behoorlijk ontslag uit den dienst is voorzien; zal zoo het een officier is, worden gestraft met cassatie, en zoo het een militair van minderen rang is, met wegjagen als een eerlozen schelm.

ZESDE TITEL.

Van desertie.

EERSTE HOOFDSTUK.

Van desertie naar den vijand.

107. Elk militair of ander persoon tot de armée of derzelver gevolg behorende, die naar den vijand deserteert, of zonder schriftelijke last van zijnen chef naar den vijand overgaat, zal met den strop gastraft worden.

108. Die gepoogd heeft dit een of ander te doen, doch in de uitvoering daarvan is verhinderd, zal gestraft worden met den strop, den kogel of den kruiwagen voor den tijd van vijftien jaren, naar mate van de omstandigheden; mits de poging door uiterlijke daden of bedrij ven aan den dag gelegd zij.

109. Elk militair of ander persoon tot de armée of derzelver gevolg behorende, die zonder schriftelijken last of toestemming van zijnen

[blocks in formation]

superieur overtreedt de grens of scheidingslinien, door den kommandant van het korps, waertoe hij behoord, gemaakt aan die kanten, langs welke men met den vijand gemeenschap zoude kunnen hebben, zal als deserteur naar den vijand worden beschouwd, en als zoodanig met den strop of met den kogel naar de omstandigheden gestraft worden.

110. Op gelijke wijze zal beschouwd en gestraft worden elk mlitair of ander persoon behorende tot de armée of derzelver gevolg die zich veroorloofd te gaan uit eene plaats door den vijand belegerd of berend, zonder daartoe bekomen te hebben de schriftelijke toestemming van den kommandant dier plaats.

111. Elk officier en onder-officier de wagt hebbende op de voorpost, en elk militair aldaar op schildwagt staande, die van zijn wagt of post deserteert, zal als deserteur naar den vijand beschouwd, en als zoodanig met den strop gestraft worden; alle andere militairen van de wagt in voege voorschreven deserterende, zullen met den kogel gestraft worden.

112. Elk militair, die een ander militair tot desertie naar den vijand verleid, zal insgelijks met den strop gestraft worden.

113. Elk militair of ander persoon behoorende tot de armée of derzelver gevolg, die, eenig persoon aan een der misdrijven in de zes eerste artikelen van dit hoofdstuk aangeduid, schuldig, willens en weetens verbergt, deszelfs misdrijf begunstigd, of denzelven aan de nasporingen en vervolgingen tegen hem ingerigt onttrekt, zal op dezelfde wijze gestraft worden, als in de voorzeide artikelen ten aanzien van zoodaning persoon zelve is vastgesteld.

114. Wanneer tusschen twee of meer personen, het zij militairen, het zij andere tot de armée of derzelwer gevolg behoorende, komplot of afspraak tot desertie naar den vijand is gemaakt, zonder dat egter de desertie werkelijk heeft plaats gehad, zal het hoofd van het komplot of van de afspraak met den strop, en de overigen die in het komplot of in de afspraak gedeeld hebben, met den kogel of den kruiwagen voor den tijd van vijftien jaren, naar mate van de omstandigheden gestraft worden.

Elk officier nogthans die deel aan het komplot of de afspraak mogt gehad hebben, zal altijd met den strop gestraft worden.

115. Indien het hoofd van het komplot of van de afspraak niet bekend is, zal onderscheid gemaakt worden, of het komplot of afspraak allen tusschen militairen of alleen tusschen personen bij het gevolg van de armée geemploijeerd; dan wel tusschen een of meer militairen en een of meer personen bij het gevolg van de armée geëmploijeerd, onderling ge

maakt is.

Wanneer het komplot of de afspraak gemaakt is tusschen militairen alleen, of alleen

uniquement entre des personnes employées à la suite de l'armée, dans ce cas le plus élevé en grade parmi eux sera réputé chef du complot ou de la trame, et, comme tel, puni par la corde.

Mais, lorsque le complot eu la trame a été concerté entre un ou plusieurs militaires, et une ou plusieurs personnes employées à la suite de l'armée, dans ce cas le militaire, ou celui des militaires qui sera le plus élevé en grade, sera réputé chef du complot ou de la trame, et puni, comme tel, par la corde, à moins qu'il ne conste du contraire.

En cas d'égalité de rang, celui qui aura le plus d'années de service sera réputé chef du complot ou de la trame et puni comme tel, s'il ne conste du contraire.

CHAPITRE SECOND.

Des autres désertions en temps de guerre.

116. Tout militaire qui désertera, en temps de guerre, de l'armée ou d'une place forte, dans le voisinage de l'ennemi, sans des circonstances aussi aggravantes que celles qui sont indiquées dans le chapitre précédent, ou qui seront désignées dans le présent chapitre, sera puni, si c'est un officier, par la peine de mort. et si c'est un sous-officier ou un soldat, par la peine de la brouette pour dix ans.

117. Un militaire qui se rend coupable de cette désertion, tandis qu'il est de service, sera puni de la même manière pour douze ans, et s'il a commis le délit pendant qu'il était en sentinelle, pour quinze ans.

118. Un militaire qui, tandis qu'il est de service ou en sentinelle, déserte de l'armée ou d'une place forte dans le voisinage de l'ennemi, en emportant son fusil, sera puni de mort; mais, s'il n'emporte que son sabre ou sa baïonnette, il sera condamné à la brouette pour quinze ans, à moins que l'une de ces deux arines n'appartint à un autre militaire, auquel cas il serait puni de mort; mais un cavalier, qui, en comniettant le crime susmentionné, emmène un cheval de la compagnie, sera toujours puni de mort.

119. Celui qui aura tenté de commettre un des crimes mentionnés dans les trois articles précédens, mais qui aura été empêché dans l'exécution, sera puni, si c'est un officier, par la mort ou la cassation, selon les circonstances; et si c'est un sous-officier ou un soldat, par la peine de la brouette pour quatre ans au moins, si la tentative est constatée par des actions ou des démarches ostensibles.

tusschen personen bij het gevolg van de armée geemploijeerd, zal in zoodanig geval de hoogste in rang van hun voor hoofd van het komplot of afspraak gehouden, en als zoodanig met den strop gestraft worden.

Doch wanneer het komplot of de afspraak gemaakt is tusschen een of meer militairen en een of meer personen, bij het gevolg van de armée geemploijerd, onderling, zal in zoodanig geval de militair of die geenen der militairen die de hoogste in rang is, voor hoofd van het komplot, of van de afspraak gehouden en als zoodanig met den strop gestraft worden ware het tegendeel kwam te blijken.

; ten

Ingeval van gelijkheid van rangen zal de oudste in dienstjaren voor hoofd van het komplot of van de afspraak gehouden en als zoodanig gestraft worden, voor zoo verre het tegendeel niet mogt komen te blijken,

TWEEDE HOOFDSTUK.

Van andere desertie in tijd van oorlog.

116. Elk militair, die in tijd van oorlog, uit de armée of uit eene vesting in de nabijheid van den vijand, deserteert, zonder zodanige verzwarende omstandigheden als in het voorgaande hoofdstuk zijn aangeduid, of in dit hoofdstuk worden aangewezen, val gestraft worden, zoo het een officier is met den dood, en zoo het een onder-officier of soldaat is, met den kruiwagen voor den tijd van tien jaren.

117. Een militair welke deze desertie pleegt, terwijl hij is dienst doende, zal op dezelfde wijze gestraft worden voor den tijd van twaalf, of wanneer hij dezelve begaat terwijl hij op schildwagt staat voor den tijd van vijftien jaren.

118. Een militair, die, terwijl hij is dienst doende of op schildwagt staat uit de armée of uit eene vesting in de nabijheid van den vijand deserteert, met medeneming van zijn schietgeweer, zal met den dood gestraft worden; edoch met medeneming van zijdgeweer of bajonet, met den kruiwagen voor den tijd van vijftien jaren, ten zij een dezer beide laatste wapenen aan een ander militair toebehoord, in welk geval hij met den dood zal gestraft worden: edoch een cavallerist de voorschreve misdaad plegende met medeneeming van een compagnies paard, zal altijd met den dood gestraft worden.

119. Die gepoogd heeft een of ander der misdrijven te plegen in de drie voorgaande artikelen aangewezen, doch in de uitvoering daarvan is verhinderd, zal, wanneer hij een officier is, met den dood of cassatie, naar de omstandigheden, en, wanneer hij een onder-officier of soldaat is, met den kruiwagen voor niet minder dan vier jaren gestraft worden, mits de poging door uiterlijke daden of bedrijven aan den dag gelegd zijn.

« PrécédentContinuer »